Gele Treurwilg

De Salix sepulcralis ‘Chrysocoma’, heeft een breede treurende kroon met smal groen blad dat in de herfst geelgroen kleurt. Aan de hoofdtakken hangen dunnen takken recht naar beneden. De jonge takken zijn opvallend geel. Geschikt voor alle grondsoorten. De Treurwilg is een soort van de wilgenfamilie en kan een hoogte bereiken van tussen 10 tot 20 meter. De glanzend bruine takken zijn hangend, vandaar dat de boom treurwilg heet. De bladeren zijn ongeveer 5 tot 10 CM lang. De bovenkant van het blad is groen en de onderkant blauwachtig groen. De treurwilg zie je het meest van alle wilgen. Een treurwilg plant je in vochtige grond. Een volledig uitgegroeide treurwilg wordt tot twintig meter hoog. De boom begint al vroeg uit te lopen dat is meestal half februari. de Treurwilg is een makkelijk boom en is makkelijk te snoeien. hij lijkt een treurige stemming te geven maar dat valt erg me. het staat erg mooi bij vijvers of parken. Bij Boomkwekerij Van IJmeren is Salix Sepulcralis ‘Chrysocoma’ ook verkrijgbaar in verschillende soorten maten en prijzen.

Mooi in park en tuin, de gele treurwilg

Zijn wetenschappelijke naam salix sepulcralis Chrysocoma zegt je misschien niet veel, maar de majestueuze gele treurwilg is een old time favorite in vele publieke parken. Ook in grotere private tuinen komt deze boom helemaal tot zijn recht. Want treurig is hij allermist. En wist je dat een gele treurwilg, ook wel eens wheeping willow genoemd, tot wel 150 jaar kan worden?

De treurwilg is een natuurlijk sierelement uit onze eigen regio, goed winterhard en een gemiddelde groeier. Het is een boom die je typisch solitair plant in de zon of in de halfschaduw en die graag ruimte rond zich heeft. Hij kan tot 25 meter hoog en 15 meter breed worden. De treurwilg heeft een brede en koepelvormige kruin, die lekker veel schaduw creëert. Hij kreeg zijn naam via zijn slanke, gele twijgen die ‘treurend’ naar beneden hangen. Zeker de jonge twijgen kunnen een felgele kleur hebben. De boom heeft mooie verspreide bladeren, die lang (tot ongeveer 10 cm) en puntig zijn. Het bovenste kant van het blad is frisgroen, het onderste blauwachtig wit. De opgaande stam heeft een dikke schors, met een bleek grijsbruine kleur. In de winter verliest deze boom zijn bladeren, wat een bijzonder zicht geeft op de gele twijgen.

Deze wilg kan perfect functioneren als windbreker, door zijn breed, vlakwortelend wortelstelsel is hij goed verankerd in de grond. Hij kan ook met de zeewind leven. De gele treurwilg doet het goed op alle gronden, van neutraal, tot zuur of kalkhoudend, hij voelt zich overal thuis. Hij houdt wel van een vochtige grond en doet het goed in de buurt van vijvers, beken, sloten, kanalen kortom aan de waterkant. Bijzonder mooi is wanneer zijn takken tot in het water kunnen hangen. Leuk om te weten is ook dat deze boom als een van de eerste groen wordt in de lente. Eerst zie je een vage gloed, en vervolgens staat hij volop in blad. De katjes verschijnen ongeveer op hetzelfde moment als de bladeren.

Bloei

Tijdens de bloei van deze wilg zie je slanke katjes verschijnen die vlinders lokken. De bloeitijd is normaal april/mei/juni, maar er zijn regionale verschillen. Kijk goed en je ziet dat er mannelijke (te herkennen aan hun zilvergrijze kleur) en vrouwelijke bloemen zijn (geel-groen gekleurd).

Verzorging van de treurwilg

Treurwilgen zijn gemiddelde groeiers en dienen ongeveer om de drie jaar geknot te worden. Dat moet gebeuren na de wintervorst. Je zaagt de takken af tot waar de knot moet komen. Snoeien is niet nodig, dan geraakt de treurwilg ‘uit vorm’. Breekt er een grotere tak af, dan zaag je de resttak best af, en verzegelt de wonde met teer. Anders loop je het risico dat de plek gaat rotten.